zondag 8 december 2013

Nietserige dag

Het is een gewone saaie dag
Een dag van koude kille herfst
Net te laat voor Sinterklaas
Maar nog te vroeg voor kerst

Een grijze druilerige dag
Het miezert gewoon wat door
Druppels tikken op het venster
Van plikplokplik is wat ik hoor

Een stille, saaie nietserige dag
Nat en grijs en koud en kil
Maar ook dag waarop ik leef
Waarop ik heerlijk ademhalen mag

vrijdag 22 november 2013

Hondemiddag

Samen in het bos
Hij blijft op het pad
En ik loop lekker los

Samen even weg
Ik snuif en wroet en graaf
Graaf alle bladeren weg

Samen even uit
Ik blaf vrolijk naar mijn baasje
Hij aait mij om mijn snuit

maandag 4 november 2013

zondag 20 oktober 2013

Stoere Meiden huilen niet

Soms dan wil ik huilen
Maar mijn ogen blijven droog
Soms dan wil ik huilen
Maar mijn ogen blijven droog

Want grote meiden huilen niet
Ook al hebben ze verdriet
Geen traan die hen verried 
Sterke, stoere meiden huilen niet

Naast computers tussen stoere mannen
Dat is mijn werk, mijn bestaan
Ferme knapen, stoere Jannen
Emoties hebben geen bestaan

Want stoere mensen huilen niet
En stoer, wie wil dat niet zijn?
Dus stop weg het klein en groot verdriet
Anders kun je niet een Stoere Dame zijn

Dus slik weg, die brok in keel
Vergeet verlangen naar een knuff 
Kil en koud en verstandig rationeel
Computeresk zonder ach en wee en puf

Maar zo'n rationele kooi is niet zo handig
Mensen hebben immers ook gevoel
Waarom toch altijd dat verstandig?
Kill en kalm en logisch ook een boel

Maar soms is dat moeilijk, soms dan gaat dat niet
Want dan is er klein of groot verdriet
Moeizaam slikkend pogend tot het tonen niet
Want grote meiden huilen niet

Thuisgekomen dan met doffe bons
Val ik in bed en pak de knuffelbeer
En ineens weet ik het dan weer
Ook Stoere Meiden huilen soms. 



zondag 13 oktober 2013

Bomenknuffels

Ik loop in het bos heel alleen
Een boom kijkt me na
slaat een takkige arm om me heen
Zijn bladeren ruisen

Een vos sluipt langs onze wortels heen
Gebladerde broeders kijken hem na
Moeder natuur en ik, wij zijn een
Onze bladeren ruisen

vrijdag 11 oktober 2013

Afscheid is een nieuw begin

Soms verlang ik naar een einde
Soms verlang ik naar een nieuw begin
Soms verlang ik naar "heel anders" en een nieuw verhaal
Soms verlang ik naar het schutblad met het woordje "fin"

Maar een einde dat betekent afscheid
Laat los, het bekende dat is weg
Afscheid is een beetje doodgaan
Achterlaten langs de levensweg

Afscheid, snoeien in je leven
Hak weg dat dode hout
De pijn is maar voor even
't Is ook maar even dat je rouwt

Snoeien dat geeft ruimte
Ruimte voor iets nieuws en fris
Zoals het ook in de natuur
Ieder jaar weer lente geworden is

Maar tussen oud en nieuw
Daar zit dat zwarte gat van pijn
Dat grijze leeg van afscheid
Dat grijs en pijnlijk niets van afgesneden zijn

vrijdag 4 oktober 2013

Over de herfst

De dagen worden korter, duister krijgt de overhand
De zon schijnt nog maar 't is al best wel fris
Duidelijk dat de zomerwarmte weer vertrokken is
En 's nachts vriest het weer op 't land

De winter nadert, de winter met haar kou en sneeuw
Met bittere wind die je doet huiveren en rillen
Met stijfbevroren vingers en met katten die naar kachels willen
Met geen vogels, enkel die schreeuw van een eenzame meeuw

Het is weer die tijd van het jaar
Tijd voor snert en boerenkool en hutspot
Tijd om dag te zeggen tegen zomerzot
Tijd voor ganzenborden samen bij elkaar

Ach wat kan ik zeggen dat niet al eerder is gezegd
Die mooie zomer is alweer voorbij en laat de herfst achter
Wind en regen, storm en geel-en-rood-gebladerde wachters
En weer wordt de melancholieke bui bij mijn voordeur neergelegd

Het mooie weer is nog niet eens helemaal voorbij
En ik droom alweer van lente, paashaas, kuikens en van maart
Van fris jong groen, de eerste zwaluw en een narcisje ook er bij
Die de lente als een nieuw begin ervaart

dinsdag 1 oktober 2013

Zon-dag

De zon schijnt, de lucht is mooi strak en blauw
Het is werkelijk een echt prachtige dag
De zon schijnt op mij neer met een vriendelijke lach
Nergens het kleinste greintje van sombere herfstige grauw

Heerlijke dag, schitterende verrassing na de angstige nacht
Zomerkleed tooit nog de wereld, trots als een pauw
Een vleug van geel toont de herfst is in aanbouw
Maar nog is het zomers en warm, een dag die alles vermag

De heldere fijnwarme zon in de strakblauwe lucht
Vogels kwetterend nog niet naar het zuiden gevlucht
Mensen zijn vrolijk, ze zingen en dansen

Mensen zijn lachend met elkander aan 't sjansen
Op deze heerlijke zalige zonnige zon-dag
Een dag die zegt dat eventjes alles echt mag

donderdag 19 september 2013

Station Vakantie CS

Donker met soms een flits
Een flits van wat licht 
Onze snelheid neemt af
Een station komt in zicht

Ik stap uit en ik kijk
Een meneer in een pak
Met vliegtuigspeldje, dus hij is piloot 
Hij vliegt voor zijn brood

Ik kijk om naar de trein
Veel mensen met koffers
kunnen niet vakantiedringerig wachten
Het zijn allemaal boffers

Veel mensen, vol, het is vol
Het is erg vol op Schiphol 
Ik bedenk, terwijl ik wat afgunst ervaar:
Hun vakantievliegtuig staat klaar

vrijdag 13 september 2013

Een tuigje met touwtjes

Ik zit in een tuigje 
Met heel veel touwtjes vast op mijn rug
Ik zit in een tuigje met touwtjes
Ze trekken mij naar het donker terug

Ik zit in een tuigje
Ik wil graag vooruit naar de zon
Ik zit in een tuigje met touwtjes
Maar de zon geheel niet bereiken kon

Ik zit in een tuigje
Met staalkabels dik als mijn duim
Ik zit in een tuigje met kabels
Het trekt mij terug in het donkere ruim

Ik zit in een tuigje
Koppig knip ik door kabeltjes heen
Ik zit in een tuigje met kabels
Koppig volhoudend knipknip een voor een

Ik zat in een tuigje met touwtjes
Het trok me naar achteren, weg van de zon
Ik zat in een tuigje
't is de zon die ik won

donderdag 5 september 2013

In spin

Rond en rond en rond gaat het
Vastgezet met ankerdraden
Heel dun maar sterk flexibel tot en met
Ingewikkeld bouwsel van spinnedraden

Middenin zit hij heel stil te wachten
Met acht pootjes en acht oogjes heel alert
Vliegen vangen is hij met zijn web bij machte
Stil wachten tot hij beweging gewaar werd

Een spinneweb, zo fijn en kunstig delicaat
Zomaar hier tegen een saaie kale muur
Om te zien een prachtig mooie plaat
Een wonder der natuur

Dameskledingrek

Ik zie je hangen in het rek
Zo stoer en ook wel feminien
Ik sta stil en denk "verrek"
Dat shirt is echt heel leuk om te zien

Naar de paskamer gaan wij samen
Ik trek je aan en denk sip "verrek"
Aan ben jij nĆ­et leuk om te zien!
Spijtig hang ik je terug in het rek

zaterdag 31 augustus 2013

Dag zomer, welkom herfst

Langzaam vervaagt het groen naar geel
Het zomergroen wordt bruin of rood
Nog is bries gelijk een warme zomerstreel
Die ooit groene bolster, nu een rijpe noot

't Is tijd, de herfst klopt aan de poort
Het einde van de zomer komt nu nader
De lome warmte stroomde zalig voort
Zij wordt verdreven door het winters kader

Spoedig zal het weer veel kouder zijn
Met storm en regen en ook wel met ijs
En de bladeren zullen vallen van de bomen

Dan zullen wij weer wachtend binnen zijn
Schuilend voor het arctisch paradijs
Wacht de wereld tot de lente terug zal komen

zondag 25 augustus 2013

Reddende ogen

Reddende ogen
Ogen vol mededogen
Ogen vol liefde en trouw
Onbekende geliefde
Ik blijf wachten
Wachten op de eerste ontmoeting 
De eerste ontmoeting met jou

woensdag 21 augustus 2013

Herinneringen aan De Arabier


Achtergrond: als kind woonde mijn moeder in de Groninger wijk Helpman. Elke week kwam het draaiorgel De Arabier door de straat. Een wekelijks hoogtepunt waar ze - tot groot plezier van de gids - in geuren en kleuren over vertelde toen we kortgeleden diezelfde Arabier tegenkwamen in het museum De Speelklok in Utrecht.

Vrolijk dansten wij in 't rond
Samen met de andere kinderen
Alsof er geen donderbui bestond
Even niets wat ons deed hinderen

We riepen, zongen, lachten uitgelaten
Vrolijke Noten buitelden om ons heen
Niets en niemendal was er te haten
En liet somberheid ons gauw alleen

Dat draaiorgel genaamd de Arabier
Gaf ons magnifiek muziek, meneer Perlee
Het bracht in onze straat altijd veel vertier
En wij dansten gaarne met dat beroemde orgel mee

Nu, zo heel veel jaren later
Is het orgel met pensioen en vut
Staat het diep verstopt in hartje Utrecht
Als speelklokmuseumstuk

Maar nog mag het orgel zijn muziek gul delen
Want de museumgids, die laat met groot plezier
Het ding nog een keer een stukje spelen
Als herinnering aan 't groot vertier


zondag 18 augustus 2013

Het meisje zonder droom

Er was eens, in den verre
In het land van waan en hoon
Daar leefde eens een meisje
Een eenzaam meisje zonder droom

Zij was diep ongelukkig
Een droom hebben was toch zo gewoon
Eenieder had er een behalve zij
Een idioot was zij zo zonder droom

Men vond haar gek en stom
Een rariteit en heel erg ongewoon
Maar zij had nu eenmaal niets
Zij was nu eenmaal zonder droom

Op de bergen riep zij naar de wolken
Eenzaam droevig, grijs en koud en kil
Wanhopig riep zij: "Help mij, lieve goden!"
"Vertel mij toch wat ik bereiken wil"

"Wij kunnen jou niet helpen"
Klonk plots een stem vervuld met smart
"Wij gaan niet over dromen
Je moet dit vragen aan je eigen hart"

Maar haar hart was leeg en stil
Slechts vervuld van echo-toon
Zij zeeg neer en schreide
Bleef zij dan eeuwig ongewoon?

Snikkend klom zij verder naar het klif
Van het dal klonken de waan en hoon
Een diepe zucht, een traan, toen sprong zij
Zo stierf het meisje zonder droom

Als je er ooit naartoe gaat
Naar dat land van waan en hoon
Luister dan en hoor haar schreien
Een rariteit is zij, voor eeuwig ongewoon
Blijft zij het meisje zonder droom

zondag 11 augustus 2013

Drie eikenzusters

Drie gezusters
Samen bij elkaar
Midden op de brink
Oh hoe zomers staan zij daar

Drie gezusters
Reikend naar de hemel hoog
Rank en slank verheffen zij
Hun zomersgroene bladerboog

Drie gezusters
Samen bij elkaar
Drie jonge hoge eikebomen
Zo heerlijk zomers bij elkaar

vrijdag 2 augustus 2013

Mevrouw Struisvogel

Ik kijk naar mevrouw Struisvogel
Zij kijkt terug naar mij
Of kijkt zij
Aan mijn te bescheiden ik voorbij

Lichtvoetig op de tenen
Een danseres gelijk
Zij is de koningin
De savanne is haar rijk

zondag 28 juli 2013

Koe in de wei


Hoe zou het zijn
Om een koe te zijn?

Languit liggen in het gras
Wat drinken bij de plas
Kalmpjes aan heerlijk herkauwen
Liggen kijken naar kakelende kauwen
En als de mens komt naar je toe
Dan zeg je heel hard: Boe!

Ze ligt daar zo rustig en kalm
Ver weg van de stedelijke walm
Ze draait haar kop en kijkt naar mij
Terwijl ik loop aan haar voorbij
"Wat denkt zij nu?", vraag ik me af
Als zij mij nu maar antwoord gaf

Maar zij zegt enkel: Boe!
De boer komt naar mij toe.
Ik moet gemolken worden.
Boe!

En ik vraag me af hoe het zou zijn
Om een koe in de weide te zijn

zaterdag 27 juli 2013

Het boek is uit

Het blad is leeg
Enkel "einde" staat er op
Het boek is uit
De witte leegte dringt zich op

Het boek is uit
Het einde van een tijdperk
Leeg ziet alles er nu uit
Donkere wolken aan het zwerk

Het verhaal is uit en leeg en op
En een verhaal dat uitgelezen is
Laat een nare leegte achter
Als een zee van grijs gemis

donderdag 25 juli 2013

Ineens heb ik vleugels

Op mijn rug zitten vleugels, zomaar ineens
Ze zijn sneeuwwit en sterk en tillen mij op
En pardoes vlieg ik, boven Ter Apel en Leens
Ik strijk even neer en troost een klein meisje,
Een meisje die huilt om haar pop

Dan stijg ik weer op met die vleugels zo sterk,
Witte vleugels ruisend krachtig in volle vlucht
Hoog boven wadden en dijken vlieg ik
Dan klinkt ineens luid wekkergetik
En ik keer naar de stoffelijkheid terug.

dinsdag 16 juli 2013

Thuisblijver

Auto's hebben zo'n ding op het dak
Zie ze rijden nokkie-volgepakt
Naar zon en zee en heel ver weg
Rijden zij naar ver van alles weg

Zij hebben vakantie, zij zijn vrij
Weg gaan zij, zo helemaal blij
Ik zit op kantoor en denk sip: "zij wel!"
Maar ach, mijn kans die komt ook nog wel

Hond en kat schaken

Hond en kat
Spelen schaak op de mat
Hond verloor
En ging er gauw met het schaakbord vandoor

Hij heeft het ding
In de tuin begraven
En zal zich aan een potje schaken
Beslist niet meer wagen

zondag 14 juli 2013

Je hobby of je werk?


Geestelijk
Zeggen "ze"
Sta je sterk
Maak tot werk van
Hobby

Ze
"Ze" vinden
Hobby naar werk
Een heel goed idee
Nee!

Nee
Die stelling
Die foute stelling
Is van de baan
Want

Als 
je hobby 
ook werk is
Wat is dan hobby
??

Soms
Een ding
Doet wat zeer:
Je hobby, je hobby
Verloren

Hobby 
is nu
werken en moeten 
Het is geen hobby
Meer

zaterdag 6 juli 2013

Red boots and a great dane

En toen zat er zomaar een engelstalig gedicht in mijn hoofd:

Red boots she wears
Rubyred boots with studs
She hugs a great dane and says
"Hey Toto, we're best buds!"

An experienced one she became
Having travelled through the land
The fiery spark clearly in her eyes
As danger and fear were always close at hand

And now there she is, strong and wise
She surely calls no one her boss
Yet still she signs letters with xxx
And writes to us:
"Love from Dorothy of Oz"

donderdag 4 juli 2013

Ik ben er

Ik ben er
Kijk naar mij
Loop niet aan mij voorbij
Alsof ik niet besta

Ik ben er
Ik ben niet blond of slank of ideaal
Niet rijk, beroemd of geniaal
Maar ik ben er

Ik ben er
Ik ben maar heel gewoon
Een grijze muis, een simpele eikenboom
Maar ik ben er

Ik ben er
Niet extreem getalenteerd
Niets wat je bovenmatig deert

(Nou ja ik schrijf gedichten,
Best wel goed al zeg ik zelf
Maar wat hƩb je daar nou aan?)

Enfin, als alles is gezegd
En alles is gedaan:
Ik ben er

Ik ben er
Ik leef en ik besta
Ik ben er, kijk naar mij
Loop niet gedachtenloos aan mij voorbij
Alsof ik niet besta

woensdag 26 juni 2013

KnuffelBeestenLand: De Legoblokjesdiefstal

In het verre KnuffelBeestenLand
(Da's oostelijk van Fantasikistan)
Woont een oranje knuffelolifant

Samen met zijn vriendje knuffelRex
En zijn vriendin de knuffelBozeHeks
speelt hij heel graag met lego en de K'nex

maar op een dag was er geen vreugde of jolijt
want alle legoblokjes waren kwijt!
KnuffelRex barstte uit in gebrul en luid gekrijt

Heks en Rex en KnuffelOlifant
zaten huilend aan de wallekant
Want er was een legoblokjesdief in 't land.

"Ach laten wij toch stoppen met 't gehuil!",
riep KnuffelOlifant uiteindelijk zeer geƫrgerd uit
wij gaan naar knuffelWijzeUil!"

"Ga snel op weg", zei Uil, "ga snel op weg"
Want achter Steg, voorbij de Hoge Heg
Woont knuffelHogeHoed, en hij nam jullie blokjes weg".

Daar gingen zij, Heks en Rex en Olifant
Op weg naar Steg en Hoge Heg 
Want diefstal kon toch niet in KnuffelBeestenLand.

Na lang lopen zagen zij 't snood figuur
Naast een legoblokjesberg
Achter een hoge legoblokjesmuur

"Kijk!", zei KnuffelHeks, "kijk daar eens goed!
Dat is die rare KnuffelHogeHoed.
Die hebben wij nog nooit ontmoet."

"Luister eens naar wat hij daar roept
Wat hij van zijn legoblokjesdiefstal vindt
Zulke hebzucht is voor ons mooie KnuffelBeestenLand niet goed

HogeHoed was in zijn sas met de gestolen lego wezen spelen
Hij was rijk! Maar in zijn eentje bleek dat niks niet leuk
En eenzaamheid begon zijn goed humeur te kelen.

"Klaag en wee", riep HogeHoed,"ach huil en ween
'k Heb alle legoblokjes, and'ren hebben geen
Rijk als Croesus maar toch ben ik zo alleen!"

"Foei knuffelHogeHoed", zei Rex, "jij vuile dief!
Jij bent dan wel een hoge pief
Maar toch vinden wij jou helemaal niet lief! 

Met ons spelen mag jij niet
Jij bent een dief, een boef, een naar figuur
Wij willen dat je enkel tralies ziet!"

Dat riepen Heks en Rex en Olifant
Zij keerden naar hem toe hun rug
Want knuffelHogeHoed vonden zij een nare klant

De knuffelHogeHoed voelde zich toen heel erg klein
Hij zat daar zonder legoblokjesberg bitter wenend
Eenzaam en alleen te zijn

"Ach Hoed", zei Uil, "toon toch berouw"
Je bent alleen en eenzaam, hebt veel spijt
Is jouw leven nu niet heel erg grauw?

Toon berouw, geef toe van wie de legoblokjes zijn
Dan zul je zien hoe eerlijk en oprecht
Jij ineens hun vriend mag zijn."

En nu zijn ze samen heel tevrĆŖe
Al hun legoblokjes nemen zij mee
Naar de grote weide langs de Bree

Samen delend spelen zij zo lief en zoet
Aardiger knuffels heb je nooit ontmoet
Heks en Rex en Olifant
en de knuffelHogeHoed

vrijdag 21 juni 2013

De rotte appel in de mand

De rotte appels in de mand
Die komen in de krant
In elk mandje is er een
Een die is gemeen

De meeste appels die zijn goed
Betrouwbaar en vol goede moed
Maar die ene rotte appel in de mand
Ja, die komt in het volle licht te staan
En die komt in de krant

donderdag 20 juni 2013

Zonnig humeur

Vandaag is de wereld weer zonnig
Vandaag is de wereld weer mooi
Vrolijk en opgeruimd zo tevreden
Gekleed in kleurige zomertooi

Gister was mijn hoofd gevuld met gesomber
Met nevelen en duisternis en mist
Met winter en sneeuw en ijzige kou
Waaruit ik geen uitweg wist

Maar vandaag schijnt de zon in mijn hoofd
Vandaag is het heel erg mooi weer
En wat Murphy probeert en belooft
Mijn goede humeur dat laat geen veer!

Morgen zal het zeker anders zijn
Stemmingen wisselvallig gelijk het weer
Dan zal ik misschien wel weer humeurig zijn
En zie ik het allemaal eventjes niet meer

Maar vandaag is alles goed en prima
Vandaag geniet ik van de kleinste dingen
Vandaag schijnt de zon in mijn hoofd
Vandaag kan ik joehoe-roepend dansen en zingen!

woensdag 12 juni 2013

Soms wou ik dat ik een vogel was



Soms wou ik dat ik een vogel was
Een vogel heeft geen zorgen
Vliegen frank en fier en vrij in ‘t blauw 
Niet denken aan de dag van morgen

Maar hier loop ik over de aarde
Het pad in duisternis en nevelen gehuld
Wat vind ik wel en niet van waarde?
Welke dromen wil ik zien vervuld?

Soms wou ik dat ik een vogel was
Geen zorgen voor de dag van morgen
Hoog vliegend over land en zee
Niet hoeven piekeren, zonder zorgen

Maar hier loop ik op de grond
Tralies en muren blokkeren het doodlopend pad
Als ik nu maar een and’re weg vond
Zonniger en vrijer dan dit duistere pad

Soms wou ik dat ik een vogel was
Vliegend zo hoog en zo vrij
Van waar ik wezen wou naar waar ik wil
Naar wat zal zijn van dat wat was

Soms wou ik dat ik een vogel was
Verlangend kijk ik omhoog
Naar vleugels, blauw en regenboog
Soms wou ik dat ik een vogel was

vrijdag 7 juni 2013

Strandje buiten tijd

De zon, daar in de lucht
Stralend in het hoge blauw
Blikkert op het water
Als diamantelijke ochtenddauw

Een zeil daar  in de verte
Een man loopt langs het strand
In hemd en korte broek
Een hondje aan de hand

Het is vroeg en rustig
oorverdovend heerlijk stil
Alleen de vogels zingen lustig
En dat is wat ik horen wil

Hier zit ik aan het strand
Lekker rustig in de zon
Te kijken naar de hondenman
Die wandelt in die warme zomerzon

Genieten van de warmte en de zomer
En het zand, da's geel en mul
Met kreeftenrode armen
Grijpend naar zonnebrandspul

Rustig, kalm en vredig
Buiten de wereld en de tijd
Dag wereld, ik ben even weg
Op dit plekje zonder tijd

Lekker in de warme zon
De zomerzon die mij verblijdt
Lekker rustig aan de koffie
Op dit strandje buiten de tijd

woensdag 5 juni 2013

Droomprins 2

soms dan ben ik alleen
soms voelt het zo leeg en zo stil
een akelig lege plek aan mijn zij
dan is 't dat ik dagdromen wil


dagdromen van een lieve lach
dromen van een arm om me heen
dromen van een stevige knuffel
dromen van nooit meer eenzaam alleen


wat voor kleur ogen heeft hij?
heeft hij steil- of krulletjeshaar?
houdt hij van spruitjes, spinazie?
is hij eigenlijk wel knuffelbaar?


zou hij van voetbal houden?
staat hij fanatiek langs de lijn?
zit hij bij verlies van de club
heel de avond chagrijnig te zijn?


hoe zou hij zijn
en hoe ziet hij er uit?
ach wie zal het zeggen
en wat maakt het ook uit


laat mij 's nachts in mijn dromen
zacht, roze-brillig en zoet
laat mij die ene tegenkomen
dat ik die Ć©ne ontmoet


en later, vroeg of laat
maar dan in het echt
zal ik hem tegenkomen
dat geloof ik oprecht

maandag 20 mei 2013

Eendje minder

Wielen zoemen op het asfalt
Weilanden aan weerskanten
Een slootje met wat eenden
Verstopt tussen waterplanten 

Ineens vliegt hij over de weg
Een schrik gevolgd door doffe klap
Wat net een levende eend was
Is nu een hoopje veren, levenloos en slap

Noodgedwongen houd ik fanatiek mijn ogen
Zoekend naar parkeerplaats langs de snelweg 
Een eenzame traan rolt over mijn wang
Verdrietig-ongelukkig veeg ik hem weg

Ik heb een eend doodgereden
Het schreeuwt in mijn hoofd
Dood! Schuldig! Schuldig!
Even is mijn denken helemaal verdoofd

Ik verman mij, start de motor en rij verder
laat achter mij de wereld en de rest
de tijd tikt door en de wereld wacht niet
zelfs niet voor eendje minder op het nest

zaterdag 18 mei 2013

Roze sneeuw

roze bloesems vallen
dwarrelen om mij heen
het sneeuwt warm en roze
roze sneeuw op grijze steen

de lente is gekomen
na de winter koud en lang
bloesems aan de bomen
roze kleurend behang

vrijdag 10 mei 2013

Zonnige zondag in Emmen

De zon schijnt
Koffie staat klaar 
Een giraf slentert
Zebra's en gnoes hebben
Voor het ontbijt alle tijd

Mussen tsjilpen 
Een reiger vliegt langs
Met een vis
Een giraf vraagt zich af
Wat die meid aan het doen is

In de verte
Klimmen ringstaartmaki's
Fluks in een boom
Lekker in de warme zon
Zonnige zondag in Emmen
Gewoon heerlijk, gewoon

vrijdag 3 mei 2013

Herinnering op film


Vastgelegd op film zal de herinnering niet vergaan
van treinwagons bedoeld voor vee die gauw
met mensen volgepropt op de lange weg gaan
naar het onbekend en verre Auschwitz-Birkenau

Opdat we nooit vergeten, staat geschreven 
In het herinneringscentrum van Kamp Westerbork
De beelden van wat hier eens gebeurde
Hier in 't lieflijk en rustieke Westerbork 

“Dit nooit meer”, roept ieder fanatiek 
Maar als ik om me heen kijk in onze maatschappij 
Blijft die ene denkfout steeds aanwezig
Worden sommigen van superieur zijn blij

“Wij zijn beter dan jij”, vinden zij
Want zij zijn blank of zwart of geel of rood of zo
Of joods of christen, moslim of wat anders, vul maar in
Agressief want d'ander is toch immers maar zo-zo

“Nee!”, zeg ik. Wij zijn allen mensen
Allen diep van binnen eender en gelijk 
Allen met onze eigen verlangens, verdrietjes en wensen
En met een onsje geluk de koning te rijk 

Laat ons aan elkaar gelijk zijn 
Niemand is minder of meer
Dan een ander, ik wens ons allen de wijsheid
dat d'een de ander als gelijk aan zich waardeert

woensdag 24 april 2013

Barbecuetijd kondigt zich aan

Door de wijd open tuindeur
Drijft aan het eind van de dag
Naar binnen ineens de typische geur
Van brandende houtskool

Ontwakend is de herinnering
Aan thuis, aan camping en jeugd
Aan barbecueĆÆge catering
Aan mensen frivool

Aanwezig veel vlees en veel bier
Vooral bier, zelfs vaak wel te veel
En zogenaamd "lol" en "vertier"
Gesprekken zijn apekool

Geniepig door de open tuindeur
Terwijl ik heerlijk alleen hang op de bank
Drijft naar binnen een barbecuegeur
Voor mij een vreselijke stank

zaterdag 20 april 2013

Merel-helden


Op het hek zit een klein bundeltje veren
Het is zwart met een snavel knalgeel
Hij kwettert en tettert luidruchtig
Angst en paniek zijn zijn deel

Vlak bij hem zijn vrouwtje
Zo bruin als de zomerse grond
Zij kwettert paniekerig mee
Fladdert op naar de Vijand terstond

Hoger op een tak zit een ekster
Voor hen het grote zwartwitte gevaar
Ze pikken naar hem en lokken hem weg
Het nestje heroĆÆsch beschermd door het merelpaar

woensdag 17 april 2013

Middeleeuwse oorlogsdroom


Het zwart van de nacht is vervuld
Met de bittere stank van oorlog en vuur
Als het aanvallende leger het uitbrult
Bij het bedwingen van de hoge vestingmuur 

Buiten de muur trebuchets op een rij
Geladen met iets wat fel hevig brandt
Ze smijten krachtig en woest hun lading naar mij
En wat brandt is nu in de stad aangeland

Verstijfd van angst kijk ik, ‘t is nu licht gelijk dag
Mijn oren vangen smartelijke kreten des doods
Nu komt het brandende steen ook op mij af
Ik moet nu wat doen, wegvluchten desnoods


Ik open mijn ogen en terwijl ik de teddybeer neerleg
Zie ik: geen branden, geen oorlog, geen vijandige kroon
Uit mijn lichaam sijpelt de angst langzaam weg
En ik weet: het was maar een droom

donderdag 4 april 2013

Een weekend in de Efteling


Kinderen spelen en lachen
rennen energiek en vrolijk in ‘t rond
in rijen staan mensen te wachten
tot de boot ook voor hen voordrijven komt

even verderop buitelen de tonen
van het draaiorgel door het felle zonlicht
speelt langs de rijk ogende tronen
van de stoomcarrousel, prachtig verlicht

diep in de donkere tunnels
van de gesloten arabische stad
vergapen grote mensen en hummels
aan de rijkdom van Sjeik’s grootgeheime schat

‘t is een wereld zo anders en magisch
van droomvlucht, van sprookjes en laven bijeen
van zowel lang en gelukkig als tragisch
graag ga ik er weer heen

eventjes weg van de zo zware dagelijkse druk
eventjes weg van het moeten en het dikdoenerig en poenig blingbling
me onttrekken aan ‘t overal aanwezig doch neppe reclamegeluk
zo heerlijk een weekend naar de Efteling

maandag 1 april 2013

Droomprins


Lachrimpels rond mooi blauwe ogen
Kort ietwat kalend en krullend grijswittig haar
Korte gedrongen gestalte, gezet
Misschien zelfs net iets te zwaar

Achter de bril een guitig-ondeugende blik
neemt hij mijn jas aan, zo attent en dienstbaar
Lief, charmant en de mooiste is hij
voor mij, en ook zo heel knuffelbaar

Hij begroet mij vrolijk uitbundig
Omhelst mij, slaat zijn arm om me heen
En net tijdens zijn tedere kus
Word ik wakker en ben ik alleen

Lieve prins uit mijn droom
Oh, vliedt toch niet heen
Laat mij hier toch niet achter
Zo wakker alleen

zaterdag 30 maart 2013

Bol, ronde bol

Een experiment: een ongebruikelijk vormgegeven gedicht.


Hoe je dit leest, mag je zelf weten. Of je nou van boven naar beneden, van links naar rechts of misschien wel van rechts naar links leest of zelfs kriskras, het mag allemaal.

Tel je zegeningen

Soms heb ik van die momenten dat
Ik me zo eenzaam voel als wat
Dan zie ik om me heen en kijk
Alle leven is met twee gelijk

Mensen lopen hand in hand, verliefd
Een vader knuffelt zijn kind, zo geliefd
Ik kijk om me heen en zie
Voor mij is het er nie

Dan bedenk ik me: dat denken is fout
Want er is wel iemand die van me houdt
Meer mensen zelfs, lieve mensen om me heen
Ik ben heus niet zo alleen

Maar af en toe voel ik me toch wat eenzaam
Niet zo vrolijk, gezellig en goed
Dat weet ik dat ik mijn zegeningen tellen moet
Zodat die sombere bui weer weg zal gaan

Dan denk ik aan Mama, zo warm en hartelijk en lief
En aan mijn lieve familie en aan Floor en Sieg
Collega's, vrienden, kennissen om me heen
Ik ben heus niet echt eenzaam alleen.

Dat de wereld af en toe zo legig lijken moet
Is gezond en toch alleen maar goed
Want dan tel je weer je zegeningen stuk voor stuk
Alle kleine dingen die zo veel bijdragen tot het echt geluk

En die zegeningen, nou dat zijn er best wel veel
Elke klein stukje heeft zijn heel rechtmatig deel
En al ben ik soms eens heel erg nukkig
Alles met elkaar ben ik best wel heel gelukkig.

Buizerd is als buizerd doet

Langs de weg op een hectometerpaaltje
Zit een oude buizerd te azen op een maaltje
Even verderop gaat een haas de weg oversteken
Dat levert vast een maaltje op, zo is de buizerd gebleken

Een langsrazende auto is sneller dan haas
Het vrees'lijk moment gaat voorbij in een waas
Wat rest is een hoopje van vlees met wat vacht
Dat de buizerd fluks op de wieken bracht

Doch bij het verslinden dier smakelijke prooi
Belandde buizerd in wat onhandig geklooi
Een doordringende claxon klinkt ineens op
Een dofharde klap schrikt ons op

En wat eens een prachtige buizerd was
Is nu slechts een bloedend karkas
Maar even verderop op een paaltje
zit een jonge buizerd te azen op dat smakelijke maaltje

vrijdag 29 maart 2013

Ketting van auto's

Schitterend en fonkelend behang
Een ketting met bewegende diamanten

Erboven biddende torenvalken
Die een prooi hopen te verschalken

Zwarte lijn tussen groene planten
Autoruiten schitterend in zonsondergang

maandag 25 maart 2013

Dag, onbekende.


Elke morgen loopt zij daar
Bruine jas en zwarte handtas
Lang ravenzwart haar
Kwiek vooruit met ferme pas

Waar zij heen gaat weet ik niet
Wat zij doen gaat, onbekend
Als je haar daar lopen ziet
Wil je dat mysterie hebben gekend

Ooit op een mooie zomermorgen
Dan stap ik uit de auto en dan vraag ik haar
“Mooie dame met uw gezichtje vol met zorgen
Waarom loopt U hier iedere morgen?”

“‘t Is niet dat ik mijn neus graag in uw zaken steek
Maar ‘t is zoals u elke morgens keek
U kijkt zo droevig, zo zorgelijk en moe
En dat raakt mij, da’s de hele kloe”

Elke morgen zie je haar, als je er bent
Kwieke pas, bestemming onbekend
Lang zwart haar en mooie gouden teint
Een echte dame en echt elegante schoonheid

vrijdag 22 maart 2013

Pelgrims der pen

Dromerig staar ik even naar buiten 
Sneeuw dwarrelt op de wind langs de ruiten
Binnen zitten mensen naarstig te schrijven
Aan inspirerende verhalen die zeker beklijven

We zijn bezig zo intensief en geconcentreerd
Negatieve energie wordt manhaftig geweerd
Ieders pelgrimstocht eindigt zeer positief
Levensverhalen vertellen zo ontroerend en lief

Vermoeid na een dag schrijven staar ik naar buiten
Sneeuwvlokken blijven plakken tegen de ruiten
Ondanks moeheid blij dat ik er bij geweest ben
En mezelf weer een stukje beter ken 

donderdag 21 maart 2013

Lentesneeuw en Zwanenmeer


Uit de lucht zovele koude witte vlokjes
Dwarrelen luchtig naar benĆŖe
Het zijn net feetjes met sneeuwkristallentulle rokjes
Zij slepen mijn fantasie zo gretig met zich mee

De koude witte sneeuw valt neer
Het fantasiemachientje begint te delibereren
En ineens zijn het zwaantjes uit het Zwanenmeer
En de vlokken zijn de zwanenveren

Kleine feetjes, lief en schattig en toch ook wel blits
Danseresjes met sneeuwkristallen rokjes
Zo gracieus op echte balletspitz
Zie ze dansen op de sneeuwklokjes

De warme aarde komt ras naderbij
Zachtjes vleien de feeƫnvlokjes neer
Warm in aarz'lend lentezon smelten zij
En het sneeuwvlokdanseresjes-Zwanenmeer
Dat is er dan zomaar ineens niet meer

woensdag 20 maart 2013

De Oude Grijze



Korte toelichting:
De Groningse Martinitoren wordt in het dialect "Oale Grieze" genoemd, oftewel oude grijze. Sinds het einde van de vijftiende eeuw is hij het markantste van de Groninger cityline. Van welke kant je op Groningen af komt rijden, je ziet van veraf de Martinitoren. En als Groninger weet je dan dat je weer thuis bent...

Oud en grijs is hij, zo oud en wijs
Dij Oale Grieze, dij oale wieze
Honderden jaren vrede, oorlog, kou en ijs
In zijn schaduw liepen boeren en markiezen

Honderden jaren machtig en standvastig
De Groninger volksaard immer indachtig
Ietwat stoer en stug en zonder franje
Maar op hem rekenen, dat kan je

Oud en wijs en oud en grijs
Blijf daar voor altijd staan
Grƻnnegers die van Londen of Parijs
Weer “noar Stad tou” komen gaan

Zien vanuit de verste het eerst 
dij Oale Grieze Martinitoren
En uit ieders mond is het dan te horen:

Kiek mien laiverd, zit nou nait te kniez’n
tis hailegoar gain dronkmansroes
Wie zain de Oale Grieze
Nou benn’n wie ja weer thoes.


P.S.: Gronings schrijven is niet een van mijn sterkste punten. Mocht er dus een spelfout in de Groningstalige delen van dit schrijfsel zitten, dan verbeter ik die graag.

dinsdag 12 maart 2013

Schimmel in de mist


In de kleine wei
Tussen fietspad en rijbaan
Zie ik hem 's ochtends staan

Stil staat het paard
Stil in de mist als een standbeeld
Terwijl de wind met zijn manen speelt

Het lijkt wel of hij zweeft
Alsof hij iets hemels mee heeft gebracht
Zacht-wijze ogen in sneeuwwitte vacht

Vleugels ontvouwen zich
Zo groot en zo sterk
Het paard springt op
Springt op naar het zwerk

Ik kijk hem na en zwaai

Dag

Pegasus

Doorhollen of stilstaan


DrukDrukDrukDrukDruk
ZoveelKlusjesEnKarweitjes
RennenBlindVoorbijAanMooieWeitjes
ZuchtenOnderDeDrukVanHetJuk

Wie        staat  er               nog    

       Bewust




         Stil





Een          moment           van     

       Niets


           Ademhalen


         en



       Stilte





MaarWeGaanZonderDollen
AltijdHollenHollenHollen
InDieDrukkeSnelleJacht
OpJachtNaarGeldStatusEnMacht


Sta       eens


  even


 


    Stil





Haal adem

Kijk 
om je heen
Zie
wat je hebt
               gezegend 
               ben je

En voel

dat je

   L E E F T

donderdag 7 maart 2013

vrijdag 1 maart 2013

Tussen je fantasie en je droom

Op het punt van ontmoeting
Tussen je fantasie en je droom
Ligt een plek dat de tijd ving
Een plek, magisch en mysterieus ongewoon

Een plek van zowel zijn als van niet-zijn
Waar de tegenstellingen beide zijn tegelijk
Waar de tijd jammert en raast als in pijn
Want hij is machteloos gemaakt in dit rijk

Eindeloos eeuwig, uitgestrekt en oneindig
Tot de horizon een leeg magisch land
Klaar voor bedenksels droevig en geinig
Die zullen ontspruiten aan dat nietsloze zand

Je eigen mysterieuswondere bouwgrond
Voor de landerijen en gebouwen der geest
De plek die zowel je fantasie als je droom bond
Die je verhalen magisch aaneen weeft

Dat is het midden van niets
Leeg gelijk een vers blad papier
Het vullen kun jij alleen doen
't zijn jouw verhalen die wortelen hier

Je kunt het vullen met trollen, kabouters
Bevolken het land met magiƫr, fakir en gnoom
Laat jij er wonen de lieverds en stouterds
Daar in dat land tussen je fantasie en je droom

In dat verre midden van niets
Uitgestrekt, oneindig en leeg
Ligt het land eeuwig geduldig voor je klaar
Te wachten op het idee dat je kreeg

Vul het midden van niets met jouw gedachten
Vul het met luchtkastelen van kristalhelder glas
En met de dromen van zovele nachten
Die samen spelend afwachten tot jij er ook was

Dan zullen jullie samen spelen
Je bedenksels, gedachten en dromen en jij
Samen
In het leeg toch gevulde midden van niets.